Daarna start de eerste werkperiode met een van de volgende activiteiten:
• Spelen op de mat. Kinderen die het aan kunnen kiezen zelf een activiteit, anders wordt een
keuze voor het kind gemaakt.
• Leren aan tafel. Tijdens het leren biedt een begeleider het kind een (nieuwe) activiteit aan. Hier
worden werkjes aangeleerd die het kind later bij het “werken aan tafel” zelfstandig kan uitvoeren.
• Werken aan tafel. Hierbij werkt het kind zo zelfstandig mogelijk.
• Ontspanning. Denk aan activiteiten als muziek luisteren, dvd kijken, in de tent spelen, spelen
met klei, gymmen in het speellokaal of een wandeling in de wijk.
• Vrij spel aan tafel.
Om tien uur is de fruitpauze, met aansluitend buitenspelen.
Het speelplein grenst aan de lokalen en daar zijn twee schommels, een speelhuisje en een speeltrein.
Vanaf elf uur start de tweede werkperiode, met aansluitend daarop het middageten. Daarna wordt nog
een keer buiten gespeeld.
Bij de werkperiode in de middag ligt de nadruk meer op ontspannende activiteiten.
Aan het eind van de middag is nog een kleine pauze. De dag eindigt met een kring.